Als het aan mij lag, dan werkte iedereen in Nederland maximaal vier dagen per week. Vrouwen, mannen en iedereen daar tussenin hebben allemaal een extra dag vrij om uit te rusten, om na te denken en vooral om voor elkaar te zorgen. Maar de realiteit is momenteel heel anders. Nu we werken aan een ‘nieuw normaal’, hebben we de uitgelezen kans om het idee van een kortere werkweek te testen.
Op volle toeren
Op dit moment werken veel mensen in Nederland fulltime, vooral mannen zwoegen elke werkdag minstens acht uur lang. Veel banen vergen gigantische inzet van de werknemer. De zorg, het onderwijs en de business world spannen hierbij de kroon. Regelmatig stijgen hier de wekelijkse uren ver boven het gemiddelde uit tot soms wel zestig uur. Tegelijk neemt overwerk toe in het corona-thuiswerk tijdperk. Het is duidelijk, fulltime is de norm.
We lijken te vergeten dat betaald werk niet de enige inspanning is die geleverd wordt op een normale dag. Even belangrijk is de moeite en energie die we stoppen in het zorgen voor anderen en onszelf. In het Engels hebben ze daar een mooie term voor: care work. Dit omvat allerlei verzorgings-, huishoudelijke en familiale taken en wordt veelal door vrouwen gedaan. Het neemt een groot deel van de week in beslag, gemiddeld wel zo’n 27 uur voor vrouwen en 16 uur voor mannen en dat náást de uren die we spenderen aan betaald werk.
We weten al jaren dat het combineren van werk- en zorgtaken vrouwen hard treft, vooral nu we veel thuiswerken. Was het in de vorige eeuw nog de vraag of je überhaupt mocht werken als huisvrouw, inmiddels wordt verwacht dat je niet alleen een ambitieuze carrièrevrouw bent, maar ook het huishouden in goede banen leidt. Dat deze dubbele last die grote impact heeft op geluk, gezondheid en werkprestatie is vastgelegd in onderzoek naar emotional labour, working moms en the double bind.
Inmiddels wordt verwacht dat je niet alleen een ambitieuze carrière vrouw bent maar ook het huishouden in goede banen leidt
Omdenken
Dat moet anders, maar hoe? Vrouwen moeten kunnen werken, daar vechten we al decennia voor. De oplossing ligt dus bij het eerlijker verdelen van zorgtaken tussen genders. Een suggestie hiervoor werd al in de jaren 70 gedaan door PvdA politica Joke Smit: de kortere werkweek.
Haar idee: voor iedereen in Nederland wordt de 30-urige werkweek de norm. Met een extra weekenddag verdwijnt de wekelijkse sleur van maandagochtend tot vrijdagmiddag als sneeuw voor de zon. En álle taken en verantwoordelijkheden in het huis, de wijk en het gezin worden eerlijk gedeeld. Minder werkbelasting voor mannen, minder zorgbelasting voor vrouwen. Zouden we dit anno 2021, nu de meesten van ons weer naar de werkplek terugkeren, nieuw leven in kunnen blazen?
Het is niet alsof we niet weten hoe een kortere werkweek eruit ziet. In Europa heeft Nederland namelijk het hoogste aandeel parttime werkenden en daarvan is de overgrote meerderheid vrouw. Nederlandse vrouwen weten dus al jaren hoe ze hun tijd moeten verdelen tussen werk en huis. We worden er nota bene financieel voor afgestraft want één van de oorzaken van de loonkloof is de hoge mate van deeltijdwerk onder vrouwen. Misschien moeten we in plaats van de deeltijd prinses demoniseren, de deeltijd prins eens gaan verheerlijken. Alleen zo maken we zorg en werk gelijkwaardige taken – in ieder geval in sociaal opzicht.
misschien moeten we in plaats van de deeltijd prinses demoniseren, de deeltijd prins eens gaan verheerlijken
Het vrijmaken van tijd om voor onze gezinnen, omgeving én onszelf te zorgen, is dus niet nieuw en al helemaal niet onmogelijk. Daarnaast laat onderzoek zien dat een kortere werkweek leidt tot betere welvaart onder werknemers, lagere energie uitstoot én grotere gendergelijkheid. Over de invoering en nuances kunnen we in discussie, maar het staat buiten kijf dat voor gelijkheid op de werkvloer ook gelijkheid aan het aanrecht noodzakelijk is.